Op de Populierenlaan waren de bomen rijk met epifyten begroeid. Maar deze laan lag buiten het uurhok en diende dus tot onze spijt, niet geïnventariseerd te worden. De vlak bij gelegen Eikenlaan kwam wel aan de orde en daar begon de streeptocht van de drie deelnemers. We bekeken niet alleen de jonge eiken maar ook de grond en een houten schutting rond een woonhuis. Dit leverde een aantal bijzondere soorten op waaronder Parmelina tiliacea (Lindeschildmos). Opvallend was ook het groot aantale lichenicole fungi. Zo inventariseerden we een rij haagbeuken in de Larikslaan, met als meest bijzonder lichenicole fungi: Laetisaria lichenicola (foto). Geen goed afgetekende rode pakjes zoals bij Marchandiomyces corallinus,maar meer zoals watten waarin hyfen duidelijk te zien waren.Een café vinden waar we onze boterhammen mochten opeten bleek zelfs op de markt in Herentals geen problemen op te leveren. Na de middag verlieten we de bebouwde kom en stopten eerst aan Karspoor waar we een rij eiken bekeken gevolgd door een rij jonge esdoorns en enkele betonpalen in Plassendonk. Een loofbos In Schravenhage leverde enkele extra soorten op. Ook een rij wat jongere eiken in de Kruisstraat konden ons wel een uurtje boeien evenals een rij populieren in dezelfde straat. Op alle bomen was een rijke, voornamelijk nitrofiele, epifytenvegetatie aanwezig.
De laatste excursie van de VWBL in 2015 vond plaats op de laatste dag van oktober op een mooie, voor de tijd van het jaar, zonnige dag. In Hoogstraten blijkt het proper opkuisen van kerken en kerkhoven ook tot de gemeentelijke tradities te horen. En bovendien zijn er op de dag voor 1 november op de grafzerken duidelijk veel meer bloemen aanwezig dan korstmossen. Maar niet getreurd. Op de bovenkant van een bakstenen muurtje kon ook een aardig aantal soorten genoteerd worden. De lindes in de Lindenlaan bleken dan weer eerder arm. Uiteindelijk belanden we in het landelijke Hoogstraten in de Hemelrijkstraat waar we tot onze grote verbazing Flavopunctelia flaventior (Oosters schildmos) konden aantreffen.
De gemeente Baarle-Hertog maakt deel uit van de provincie Antwerpen, is volledig omringd door Nederlands grondgebied en bestaat uit 30 enclaves. Dat zijn 30 stukken vaderland. Het grootste gedeelte bevindt zich in de omgeving van de Sint-Remigius kerk. Het is dan ook daar dat de lichenologen afgesproken hadden. Er was een warme en zonnige dag vooorspeld en dat was het ook. Met zessen, waaronder twee Nederlandse lichenologen, bekeken we eerst de kerk maar die was proper opgekuist. Gelukkig voor ons bevond zich rond de kerk een laag bakstenen muurtje dat ongemoeid gelaten was en waarop we dus toch een mooi aantal soorten konden noteren. Daarna reden we naar het kerkhof waar we zowel de graven als de bomen onder onze loupe namen. Het kerkhof bleek niet echt een hoogvlieger te noemen. Alleen de vrij algemene soorten waren er te vinden. Dan maar een stukje België bij elkaar puzzelen (drie eiken in België, vier in Nederland, terug in België ….) langsheen een zeer drukke hoofdbaan. Nitrofielen waren dan ook van de partij. Ondanks de vele eetgelegenheden wisten we toch een herberg op de kop te tikken waar we onze boterhammen mochten nuttigen. In de namiddag stonden de bomen op twee pleinen op ons te wachten en we eindigden met een reeks lindes, tamme kastanjes en eiken langs het Bels lijntje, een voormalige spoorweg en nu fietspad. Bijzonderheden waren niet van de partij maar het gewenste aantal soorten werd gemakkelijk overtroffen.